Gemeente
Amersfoort Vragen 2007, nummer 147 DOCS.nr. 2639794 __________________________________________________________________________________ VRAGEN van het raadslid R. Schulten (BPA) inzake de bedrijfsactiviteiten gedaan overeenkomstig artikel 43 van het reglement van orde voor vergaderingen van de gemeenteraad van Amersfoort (2007 , nr. 147; ontvangen d.d. 19 december 2007). ANTWOORD van burgemeester en wethouders (verzonden d.d. 5 februari 2008) __________________________________________________________________________________ Inleiding: Op 5 november 2007 stelde ik u vragen over bouw- en
bedrijfsactiviteiten op Stoutenburgerlaan 11 te Amersfoort, op 22 november
gevolgd door aanvullende bedrijfsinformatie ontleend aan de website van Stoutenburcht
BV over bedrijfsonderdelen die na het stellen van mijn vragen
van de bedrijfswebsite waren verwijderd. Op 27 november 2007 gaf u antwoord op de gestelde
vragen. Niet alleen acht ik de door u verstrekte antwoorden ik
op cruciale onderdelen aantoonbaar onvolledig en onjuist, ik vind tevens dat
u in de toezichthoudende – handhavende verantwoordelijkheden op in het bijzonder
de in strijd met de wet uitgeoefende bedrijfsactiviteiten ernstig te kort bent
geschoten. Dit kan ik als volgt zal onderbouwen. Aangaande de bedrijfsactiviteiten Mijn vraag onder 7 verwoordde de vraag of de
bedrijfsactiviteiten die op het perceel worden uitgeoefend zich verdragen met de
planologische voorschriften terwijl vraag 8 de vraag stelde of andere wetgeving
dan ruimtelijke op het bedrijf Stoutenburcht BV, Stoutenburgerlaan 11 van toepassing
is die tot publiekrechtelijke toestemming verplicht. Voor wat betreft het
bestemmingsplan ontkent u in antwoord 7 dat van structureel bedrijfsactiviteiten sprake is
en wat betreft vraag 8 antwoordt u dat: Beide antwoorden zijn aantoonbaar onjuist. Volgens
verkregen uittreksel vanhet handelsregister van de Kamer van Koophandel op 11
december 2007 vond op 19 oktober 2005 eerste inschrijving van de onderneming
Stoutenburcht BV plaats , gevestigd op het adres Stoutenburgerlaan 11 3836 PB
Stoutenburg-Noord (gemeente Amersfoort) met bewoner De Wilde als
directeur/eigenaar. Op dat moment was betrokkene nog wethouder van Amersfoort,
zodat via de opgaveplicht van nevenactiviteiten u de bedrijfsactiviteiten bekend
(hadden moeten) zijn. Op 14 februari 2006 nam betrokkene afscheid als wethouder
van Amersfoort als gevolg van zijn vertrek naar Schipper Bosch Vastgoed BV. De
vennootschappelijke balans van Stoutenburcht BV over 2006, opgemaakt op 31 december
2006 laat geen ruimte voor de conclusie dat de bedrijfsactiviteiten op het
perceel Stoutenburgerlaan 11, waar uitsluitend wonen is toegestaan, slechts een zeer
incidenteel karakter dragen. Zo telt het bedrijf naast de directeur /eigenaar twee
werknemers en staat als bedrijfsomschrijving onder meer vermeld:
adviesverstrekking over vastgoedontwikkeling, inrichting van ruimte,
bedrijfsvoering algemeen, verlenen van diensten, coachenvan leidinggevenden en het
faciliteren van kunstuitingen. Als kritische kanttekening plaats ik het volgende.
Zoals door mij in de eerdere vragen gesteld maakte de na 6 november 2007 op de website
www.stoutenburcht.nl verwijderde bedrijfsonderdelen melding van commerciële
verhuur aan derden, tbv onder meer vergaderruimten, atelieractiviteiten en
atelieractiviteiten. Ook de provincie lijkt nu mee te doen aan de ‘wistruc’ want
tot in ieder geval 22 november 2007 werd de gedeputeerde voor wat betreft zijn
nevenfuncties in de tegenwoordige tijd omschreven als : directeur-eigenaar
van Stoutenburcht bv, een bedrijf op het gebied van advies, training en
interimmanagement en galeriehouder te Amersfoort. Verder zijn er berichten/aanwijzingen (zie
www.raphaelsmit.nl ) dat de heer De Wilde pas enkele weken geleden een aantal vaste verhuurafspraken
voor de schuur heeft afgezegd onder meer een wekelijkse workshop voor
beeldhouwers en beeldhouwstudenten, en een gymnastiekclubje, terwijl
voorts in de avonduren nog wel degelijk verhuuractiviteiten zouden plaatsvinden.
Alles in aanmerking nemend meen ik dat onweerlegbaar is dat over de jaren 2006 en
2007 sprake was van structurele bedrijfsactiviteiten door de heer De Wilde
op zijn woonperceel Stoutenburgerlaan 11 te Amersfoort. Voorts besteedt u in uw antwoorden geen aandacht aan
relevante Amersfoortse verordeningen, c.q. wettelijke bepalingen die op het
perceel en het gebruik daarvan van toepassing zijn/waren. Het betreft - De ontbrekende vrijstelling ingevolge de regeling
inzake gebruikswijziging voor beroep aan huis c.q de gebruiksbepalingen voor beroep
aan huis zoals neergelegd in de voorschriften van het geldende
bestemmingsplan buitengebied 1996; - De vestigingsvergunning die in Amersfoort
noodzakelijk is - De (incidentele) vergunningen van de burgemeester
voor de voor het publiek toegankelijke georganiseerde exposities/evenementen Aangaande het bouwen zonder vergunning van de schuur Uit het antwoord op vraag 4 over het bouwen zonder
vergunning citeer ik de volgende passage: : En op de vraag onder 5 of tekeningen bestaan van de vernieuwbouw : Verder stelt u
bij de beantwoording van vraag 9 Uit de antwoorden moet worden afgeleid dat destijds
(2005) zowel voor aanvang van de bouwwerkzaamheden aan de renovatie van de
opstallen alsmede na de ‘onvoorziene’ realisering tot schuurgemeentelijke
medewerkers op de hoogte zijn geweest van de bouwsituatie. Dat doet in ieder geval
de vraag rijzen waarom van gemeentezijde geen aanschrijving heeft plaatsgevonden
tot het aanvragen van de vereiste bouwvergunning. Ook de bouwer is in dit
opzicht niet vrij te pleiten. Immers het kader van het ter inzage liggende
voorontwerp-bestemmingsplan bestemmingsplan buitengebied oost diende de heer De
Wilde het verzoek in (buiten de termijn van inspraak overigens, zoals u in
het bestemmingsplandossier vastlegde) om de opstallen te mogen herbouwen en de
oppervlakte van 191 m2 terug te brengen naar circa 160m2. U legde in uw
reactie expliciet vast aan welke voorschriften betrokkene zich daarbij had te houden. Hierbij zijn m.i. de volgende vragen relevant: a) werd het inspraakverzoek gedaan nadat de
vernieuwbouw ‘onvoorzien’ tot schuur was uitgelopen en b) heeft de verzoeker –
los van het feit dat hij bouwde zonder vergunning – zich gehouden aan de inhoud van de voorschriften, in het bijzonder de
eis dat de nieuwe schuur niet meer dan 133m2 mag bedragen? De inleiding brengt mij tot de volgende vragen: Vraag a) Heeft op of na 19 oktober 2005 in het kader
van zijn Amersfoortse wethouderschap de heer De Wilde zijn bedrijf
Stoutenburcht BV bij u als nevenactiviteit gemeld en heeft u dit vermeld op de
lijst van nevenactiviteiten? Antwoord a) Op 1 november 2005 is de lijst met
nevenactiviteiten geactualiseerd. Met betrekking tot de heer De Wilde is
daarbij toegevoegd dat hij eigenaar/directeur is van het bedrijf Stoutenburcht
b.v. opgericht 15 oktober 2005. Vraag b) Zijn er in de periode 2006 en 2007 door de
gemeente Amersfoort op enige wijze zaken gedaan met het bedrijf Stoutenburcht
BV? Antwoord b)
Nee. Vraag c) Heeft u in het kader van uw beantwoording van
mijn vragen informatie van de Kamer van Koophandel over de bedrijfsactiviteiten
van de heer De Wilde bij de overwegingen betrokken? Heeft u in een eerder
stadium in het kader van uw toezichtshoudende en controlerende wettelijke taken
het handelsregister geraadpleegd? Zo nee, waarom niet? Antwoord c) Nee. Er was voor ons geen aanleiding
eerder toezicht uit te oefenen. Bovendien hoort bij het reguliere toezicht niet
het controleren van de registers van de Kamer van Koophandel. Op basis van de
feitelijkheid moet strijdig gebruik worden geconstateerd. Vraag d) Heeft u zich voor de beantwoording van de
vragen over het bedrijfsgebruik van het perceelgebaseerd op de recente
controle, waarover u spreekt, dus één controle? Antwoord d) ja Vraag e) Welke toezichtcontroles heeft u vanaf het
moment van renovatie van de schuur uitgevoerd? Antwoord e) geen Vraag f) Waarom is geen vrijstelling voor beroep aan
huis gevraagd c.q. afgegeven; Antwoord f) Indertijd is daarvoor geen aanvraag
ingediend. Indien in de toekomst mocht blijken dat er beroepsmatig activiteiten
plaatsvinden zal de noodzaak van een vrijstelling voor beroep aan huis worden
onderzocht. Vraag g) Waarom is geen planologische vrijstelling
gevraagd c.q. verleend voor het gebruik van de activiteiten die uit het bedrijf
Stoutenburcht BV voortvloeiden; Antwoord g) zie antwoord f Vraag h) Waarom zijn door de burgemeester geen
incidentele evenementenvergunningen verstrekt? Antwoord h)
Evenmentenvergunning zijn pas aan de orde wanneer het gaat om voor
publiek toegankelijke evenementen die gericht zijn op vermaak. Het doel van de
vergunning is het stellen van voorwaarden opdat de openbare orde en de
veiligheid niet in het gedrang komt. Hetgeen door de heer De Wilde incidenteel
werd georganiseerd valt geenzins in de hiervoor genoemde categorie. Vraag i) Waarom hebben gemeentelijke contacten met de
heer De Wilde vóór en onmiddellijk na de verbouwing van de schuur niet geleid
tot een aanvraag annex verlening van de benodigde bouwvergunning? Antwoord i) Zoals reeds eerder door ons geantwoord is
pas achteraf geconstateerd dat gaande de werkzaamheden de renovatie door
onvoorzienbare bouwtechnische problemen op onderdelen is overgegaan in
vernieuwbouw. Vraag j) Voldoet de door de heer De Wilde verbouwde
oppervlakte van de schuur aan de in de voorschriften toegestane oppervlakte van
133m2? Antwoord j) Bij de beoordeling van de aanvraag
bouwvergunning zal dit aspect aan de orde komen. Vraag k) Op welke wijze wordt door u een voor alle betrokkenen eerlijk en objectief handhavings- c.q. controleonderzoek gegarandeerd naar aanleiding van de door mij aan de orde gestelde kwesties? Antwoord k) toezicht en handhaving wordt uitgevoerd overeenkomstig het vastgestelde beleid. | ||