Burger Partij Amersfoort ( BPA )

Burger Partij Amersfoort ( BPA )

Fractie

College van B&W der Gemeente Amersfoort

T.a.v. de Burgemeester, mevrouw A. van Vliet-Kuiper Amersfoort, 15 mei 2004.

 

Geachte mevrouw van Vliet-Kuiper,

 

Op grond van artikel 37 reglement van orde voor de raad, wil de Burger Partij Amersfoort

( BPA ) graag de volgende vragen aan het college van B&W stellen.

Inleiding.

Thans geeft de gemeente Amersfoort 6 ton aan de Nationale Ombudsman, maar die drempel dat de Burger zich in Den Haag moet melden i.p.v. de Observant, ligt naar de mening van de BPA veel te hoog ( en is naar onze mening ook nog eens onnodig duur voor de Amersfoortse belastingbetaler )

Recent heeft in de Volkskrant, Utrecht bijlage, een interview gestaan met de vertrekkende Ombudsman uit de stad Utrecht, mevrouw Mr. Thea Quant. Sinds 1990 heeft zij die positie in Utrecht vervuld en nu gaat zij met pensioen.

In haar onlangs verschenen Jaarverslag 2002/2003 kunt u lezen dat er in de afgelopen 14 jaar, toen zij deze rol van Ombudsman vervulde, jaarlijks ongeveer 800 tot 1000 serieuze klachten per jaar tegen de gemeente Utrecht werden ingediend.

Het overgrote deel daarvan kon positief (naar grote tevredenheid van de klager/klaagster) worden afgewikkeld door een vorm van bemiddeling of door advies en informatie te geven.

Een veel kleiner deel van al die klachten, gemiddeld zo’n 320, werd in een volledig onderzoek betrokken. Hiervan werden er gemiddeld 63 % gegrond verklaard.

Binnenkort komt er een nieuwe wet in de Tweede Kamer, die alle gemeenten zal verplichten een gemeentelijke Ombudsman te hebben.

De BPA heeft aan u de volgende vragen:

 

  1. Heeft het college kennis genomen van het bedoelde interview in de Volkskrant, Utrecht bijlage, van 8 mei jl.?
  2. Is het college op de hoogte van het feit dat, gelet op de fase van wetgeving daartoe, zeer binnenkort ook Amersfoort wettelijk een gemeentelijke Ombudsman moet hebben?
  3. Is het college op de hoogte van het zeer leerzame Jaarverslag 2002/2003 van de Utrechtse Ombudsman?
  4. Heeft het college al voorbereidingen getroffen, en ruimte gereserveerd in de Observant, voor de komende, wettelijke verplichte gemeentelijke Ombudsman in Amersfoort ?
  5. Op welke termijn kan de raad een voorstel verwachten van B&W m.b.t. de inrichting en aanstelling van een gemeentelijke Ombudsman?
  6.  

  7. Bent u met ons van mening dat het adagium "Regeren is vooruitzien" van toepassing is en derhalve in de begroting van 2005 ruimte dient te worden gemaakt voor voorbereiding- en implementatiekosten m.b.t. de inrichting van de Ombudsmanfunctie (ongeacht of deze wellicht gedeeld zou kunnen worden met meerdere gemeenten)?

 

In afwachting van uw spoedige schriftelijke beantwoording,

( uw antwoord graag ook in een Word.doc aan :vanwegenjoh@hetnet.nl. )

Namens de Burger Partij Amersfoort ( BPA ),

 

Kees Kraanen

Hans van Wegen.

 

en namens Gerard van Vliet / Amersfoort.cc.

 

__________________________________________________________________________________

ANTWOORD van burgemeester en wethouders (verzonden d.d. 15.06. 2004).

__________________________________________________________________________________

Vooraf hechten wij er aan op te merken dat de gemeente in 2003 een bedrag van € 9546 heeft besteed aan dienstverlening door de Nationale ombudsman. Het noemen van een bedrag van € 600 000 als kosten van aansluiting bij de Nationale ombudsman is dus feitelijk onjuist.

Vraag 1.

Ja.

Vraag 2.

Nee. Uw aanname berust op een onjuiste lezing van wetvoorstel TK 2002/03, 28 747: Volgens het wetsvoorstel kan de raad kiezen voor een eigen ombudsman, een ombudscommissie of een externe ombudsman.Er is dus geen sprake van een wettelijke verplichting om een eigen gemeentelijke ombudsman in te stellen.

Vraag 3.

Nee. Dit verslag is niet aan de gemeente gezonden.

Vragen 4, 5 en 6.

Het college heeft deze vragen anderhalf jaar geleden al beantwoord. Wij verwijzen u naar de beantwoording van uw vragen van 17 januari 2003 (2002, nummer 100). Ten overvloede zij nog verwezen naar het raadsprogramma, op grond waarvan in het najaar de evaluatie van de aansluiting bij de Nationale ombudsman geëvalueerd zal worden.