FORMAT STELLEN VAN SCHRIFTELIJKE VRAGEN AAN HET COLLEGE

SCHRIFTELIJKE VRAGEN AAN HET COLLEGE

Ex. artikel 43 Reglement van orde van de raad 2006

 

 

 

Nummer #                                                                            (In te vullen door de raadsgriffie)

 

 

Datum: 13 maart 2007.

 

 

Aan de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Steller vragen: BPA

 

 

Onderwerp:  Behoud van de laatste originele Hollandse kuiperij

 

Aan: het College van B&W der Gemeente Amersfoort, t.a.v. de burgemeester,

mevrouw A. van Vliet-Kuiper,               

                                                                                                           

Geachte mevrouw van Vliet-Kuiper,

 

Op grond van het reglement van orde van de gemeenteraad van Amersfoort, wil de BPA graag de volgende vragen aan het College van B&W stellen.

 

Onderwerp: Behoud van de laatste originele Hollandse kuiperij

 

In Amersfoort bevind zich de laatste originele Hollandse kuiperij, namelijk de kuiperij Meester aan de Hellestraat 7a-7b. In geheel Nederland bevind zich geen enkele complete Oud Hollandse kuiperij meer in de geheel originele staat !

 

De BPA vindt het van groot belang dat dit zeer oude historische pand, midden in een prachtig winkel gebied behouden blijft voor het nageslacht. Uiteraard azen de groot winkelbedrijven ook op dit pand, maar een stad met enig cultureel en historisch besef is aan haar Burgers verplicht dit soort pareltjes te bewaren. Deze plek zou perfect zijn voor een kleine galerij, een informatie plek en/of museum, kortom een prachtige toeristische trekpleister

 

Monumentenzorg Amersfoort zou zich met het behoud van dit pand voor de Amersfoortse gemeenschap, enorm kunnen profileren.

 

Over bovenstaande situatie heeft de BPA de volgende vragen.

 

 

Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden.

 

  1. Is het college van bovenstaande feiten en situatie op de hoogte ?

 

 

  1. Heeft het college het pand Hellestraat 7a – 7b reeds op de rijks- of gemeentelijke Monumentenlijst staan ?
  2. Zo nee waarom niet, en zo ja, sinds wanneer ?
  3. Heeft onze bouwkundige expert van Monumentenzorg Amersfoort dit pand reeds in detail in kaart gebracht ?
  4. Zo nee, waarom niet, en wanneer denkt Monumentenzorg dit wel te gaan doen ?
  5. En zo ja, wanneer komen deze gegevens naar buiten ?
  6. Is het college het met de BPA eens dat deze - voor Nederland unieke situatie en plek - voor het nageslacht bewaard moet blijven en dus niet moet worden verkwanseld?

 

Namens de fractie van de Burger Partij Amersfoort ( BPA )

 

Kees Kraanen en Hans van Wegen.

 

 

Indien nodig

Toelichting:

 

 

Ondertekening en naam,

 

Hans van Wegen, fractievoorzitter BPA.

 

 

__________________________________________________________________________________

 

ANTWOORD van burgemeester en wethouders (verzonden d.d.         ).

__________________________________________________________________________________

 

 

1.  Wij zijn bekend met het bewuste pand.

 

2.  Nee

 

3.  In het begin van de ‘60er jaren is de binnenstad van Amersfoort geinventariseerd op historische panden. Deze inventarisatie heeft geleid tot het plaatsen van een aantal panden op de zogenaamde rijkslijst en de aanwijzing van een groot aantal panden als beeldbepalend. Overigens is hierbij alleen gekeken naar de buitenkant van het gebouw en niet het interieur. Bij de inventarisatie noch bij de aanwijzing is dit bewuste pand betrokken. In 1984 heeft de binnenstad de status van beschermd stadsgezicht gekregen.

 

4.  Nee

 

5.  zie antwoord vraag 3, echter wij overwegen nu wel een nieuwe inventarisatie omdat gebleken is dat er veel historische constructies in panden aanwezig zijn waar wij geen weet van hebben. Dit vormt mede een onderdeel van de nieuwe monumentennota. Bij dit onderzoek naar de cultuur- en bouwhistorie zal dit pand zeker worden betrokken.

 

6.  Wij zullen bevorderen dat dit onderzoek op korte termijn kunnen doen.

 

7.  Om deze vraag afgewogen te kunnen beantwoorden is het van belang eerst een gedegen onderzoek te doen naar de monumentale waarde van het pand en het interieur. Pas nadat dit is uitgevoerd kan worden beoordeeld of dit pand een monumentenstatus moet verkrijgen.

 

 

 

 


 [d1]Docsnummerdocument na opslaan invullen