BPA Interpellatievragen en
College antwoorden
__________________________________________________________________________________ Interpellatievragen BPA ( __________________________________________________________________________________ AanleidingOp 27 mei 2008
behandelde de gemeenteraad het WMO beleidskader en het Jaarverslag De
verantwoordelijk wethouder mevr. M. van ’t Veld antwoordde die avond
ontkennend. Ze gaf zelfs aan dat het college had geconstateerd dat men spijt
had van het verminderen van de activiteiten in de wijkcentra. Onderzoek zou de
raad bereiken en aanleiding zijn tot discussie. Constatering dat er iets
gesloten zou worden was voorbarig en niet correct. Toelichting Echter de dag
daarna, op Woensdag 28 mei 2008, schreef De Burger
Partij Amersfoort (BPA) ziet hierin een bevestiging van haar vermoedens en vindt dit onacceptabel. De BPA wil daarom op
korte termijn dat de verantwoordelijk wethouder de nodige vragen beantwoordt. Vraag 1: Deelt u de mening van de BPA dat in een Vitale Stad een hechte sociale gemeenschap essentieel is voor het welslagen van de verbondenheid van de mensen met elkaar en met die stad? Antwoord 1: Ja Vraag 2: Deelt u de mening van de BPA dat versteviging in plaats van afbouwen van de wijkcentra in alle wijken noodzakelijk is (ook in Hoogland Zielhorst, Nieuwland en Kattenbroek) en met name in de jonge, aandachts en prioriteits wijken ? Antwoord 2: Ja, de versterking geldt voor alle wijken. Het beleidskader stelt dat ontmoeting mogelijk moet zijn in iedere wijk. Dit ook in navolging van de uitkomst van de WMO wijkgesprekken. Naast de gesubsidieerde ontmoeting vanuit de wijkaccommodatie wordt in beeld gebracht waar aanvullend ontmoeting mogelijk is. Niet iedereen bereik je in wijkcentra. Soms past een andere locatie beter bij de activiteit of is de ruimte beter geschikt etc. Het wijkwelzijnswerk draagt de verantwoordelijkheid om de verbindingen te leggen. Kortom; dit bestaat naast elkaar en vult elkaar aan. Vraag 3: Deelt u de mening van de BPA dat in het licht van de beoogde Vitale wijk, waar alle bewoners actief deel nemen aan het vitaal houden van HUN wijk de wijkcentra nooit verplaatst kunnen worden naar andere gebouwen zoals kerken, moskeeën en gebouwen van de Jehova’s getuigen en/of de Vrij metselarij ? Antwoord 3: De functie van een wijkcentrum blijft in iedere wijk bestaan als basisvoorziening. Wel kan op basis van argumenten, ontwikkelingen en het uitgangspunt om de basisvoorziening zoveel mogelijk op één centrale plek in de wijk te organiseren, leiden tot herhuisvesting. In Liendert zijn daar mogelijk kansen in combinatie met de nieuwe ABC-school. Dit zou overigens niet betekenen dat de school de uitvoerder wordt. Dit wordt strikt gescheiden uitgevoerd. Overigens worden de bestaande plaatsen waar ontmoeting al plaatsvindt gezien als een aanvulling om mensen op deze mogelijkheid te wijzen. Het een sluit het ander niet uit of vervangt elkaar niet. Het bestaat naast elkaar en kan elkaar aanvullen. In principe is dit het uitgangspunt. De ontwikkelde basisvoorziening als concept voor de wijkvoorziening wordt daar waar dit kan vormgegeven vanuit de bestaande wijkaccommodaties. Vraag 4: Hoe kan in het kader van de prestatieafspraken met de SWA de SWA zelfstandig besluiten tot beëindiging van activiteiten voor bewoners van deze stad? Antwoord 4: SWA besluit dit niet zelfstandig. Wij gaan er vanuit dat u doelt op de keus die gemaakt is voor het kinder / tienerwerk– en volwassenwerk. Het gaat dan om de verdeling van in het totaal 3 fte voor het kinder / tienerwerk ( = samen 8 uur per wijk met een effectieve inzet van 5/6 uur per wijk voor het kinder- en tienerwerk) en 3 fte volwassenwerk ( 8 uur per week waarvan 5/6 uur effectief per wijk ) voor de hele stad. Dit leidde tot een versnippert en weinig effectieve inzet. Er is bewust gekozen voor ‘gebundelde’ inzet daar waar dit het meest wenselijk is. En niet formatie-uren te versnipperen over de wijken. Overigens wordt de inzet van het opbouwwerk en jongerenwerk volgens de huidige afspraken gecontinueerd. Wij hebben u toegezegd om in juli te komen met een toekomstvisie op het jongerenwerk en tienerwerk. Aan de hand van de toekomstvisie willen wij het met u hebben over de benodigde capaciteit voor de stad. Vraag 5: Wat gaat het college er op korte termijn aan doen dat de SWA geen eigen beleid gaat ontwikkelen van afbouwen, sluiten enz . van wijkentra in o.a. Hoogland, Hooglanderveen, Nieuwland, Kattenbroek enz.? Antwoord 5: De prestatieafspraken vastgelegd in de verklaring en het bijbehorende voorstel, kunnen alleen veranderd worden door SWA na goedkeuring door de gemeente. Dit heeft ook zo plaatsgevonden m.b.t. het onderdeel kinder- en volwassenenwerk. De gemeente gaat over de ‘wat’ - vraag (Wat willen wij dat er moet gebeuren en worden bereikt) en de instelling gaat over de ‘hoe’ - vraag (Op welke wijze voert de instelling dit binnen haar bedrijfsvoering uit). Vraag 6: Kan het college bevestigen dat ‘een pas op de plaats’ ook inhoudt dat er, totdat de Raad zich daarover heeft uitgesproken, geen negatieve veranderingen plaats vinden m.b.t. het functioneren van de wijkcentra? Antwoord 6: In september wordt de deelnotitie over de uitwerking van de ontmoetingsfunctie in wijkaccommodaties in De Ronde ter discussie aan u voorgelegd. Vraag 7: Wil het college duidelijk aangeven dat ze gemeentelijke taken voor wat betreft de opvang en begeleiding van jeugd, minderheden en andere aandachts groepen erg serieus neemt en daarvoor de wijkcentra ook optimaal (ook in de middag-, avond- en weekend uren) open zal blijven houden ? Antwoord 7: Wij hebben dit zo serieus genomen dat wij u in het WMO-beleidskader voorstellen in alle wijken een centrale plek te behouden van waaruit de basisvoorziening wordt aangeboden (ontmoeting, ondersteuning en informatie/advies). Met dien verstande dat als een wijkcentrum sterk verouderd is en om een fikse verbouwing vraagt er de mogelijkheid bestaat om aansluiting te vinden bij bijvoorbeeld een nieuw te bouwen ABCschool, wij deze kans willen benutten. Over de visie waaronder de openstelling van de wijkcentra, praten we met u naar aanleiding van de deelnotitie. | ||